+31 (0)70-2629197 •

HD Belastingadvies Nieuws

LAATSTE NIEUWS

In 2014 is het tarief voor inkomen uit aanmerkelijk belang gewijzigd. Over een bedrag tot en met € 250.000 geldt een tarief van 22% in plaats van 25%. In de voorlopige aanslagen 2014 gaat de Belastingdienst echter uit van 25%. Op de website van de Belastingdienst is een bericht verschenen waaruit volgt dat de voorlopige aanslag kan worden gewijzigd door bij het inkomen uit aanmerkelijk belang tot € 250.000, 22/25-ste deel hiervan aan te geven. Het meerdere dient volledig te worden aangegeven.

Nadere invulling tijdelijk verruimde schenkingsvrijstelling

Met betrekking tot de tijdelijk verruimde schenkingsvrijstelling (€ 100.000) is de vraag opgekomen of deze kan worden toegepast op schenkingen voor verbetering of onderhoud van een eigen woning in 2015 of 2016 als de begiftigde deze woning in 2014 nog niet bezit. Afgelopen vrijdag heeft minister Blok hierover aangegeven dat dit niet mogelijk is. De vrijstelling kan slechts worden toegepast als de begiftigde de eigen woning in 2014 al heeft.

In dezelfde brief wordt ook ingegaan op de situatie waarin de schenking wordt gebruikt voor de bouwtermijnen van een nieuwbouwwoning. Naar de letter van de wet kan de vrijstelling slechts worden gebruikt voor de termijnen die vóór 2015 zijn betaald. Voor situaties dat het geschonken bedrag voor de aankoop van een woning in aanbouw in 2014 niet volledig kan worden besteed (omdat nog onvoldoende bouwtermijnen zijn vervallen), zal worden goedgekeurd dat de vrijstelling ook van toepassing is op de besteding van het resterende bedrag in 2015. In de Nota naar aanleiding van het verslag bij het Belastingplan 2015 is hierop ingegaan en is aangegeven dat de exacte voorwaarden voor deze goedkeuring op korte termijn in een beleidsbesluit worden bekendgemaakt.

Versoepeling eis één bankrekening voor teruggaven BTW

Sinds 1 december 2013 mag uitbetaling van belastingteruggaven IB en BTW slechts op één bankrekeningnummer plaatsvinden. Het bankrekeningnummer dient op naam van de belastingplichtige te staan. Uit een besluit dat in de Staatscourant is geplaatst, blijkt echter dat teruggaven omzetbelasting vanaf vandaag al op een ander bankrekeningnummer van de ondernemer mogen worden uitbetaald. Aan deze mogelijkheid zijn wel voorwaarden verbonden:

  • de ondernemer dient bij het competente kantoor van de Belastingdienst een schriftelijk verzoek in voor aanwijzing van een bankrekening op naam van een derde;
  • de ondernemer voegt bij het verzoek een verklaring waarin hij aangeeft op welke bankrekening de teruggaaf BTW moet worden uitbetaald en op wiens naam die bankrekening staat;
  • de ondernemer doet in het verzoek afstand van zijn recht op een beroep op niet bevrijdende betaling

Keuzeregeling buitenlandse belastingplichtigen

De keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen waardoor zij voor toepassing van de regels van de Wet inkomstenbelasting 2001 als binnenlandse belastingplichtigen worden aangemerkt, is met ingang van 1 januari 2015 vervangen door een nieuwe regeling voor buitenlandse belastingplichtigen die hun inkomen geheel of nagenoeg geheel (90% of meer) in Nederland verdienen en die een gelijke behandeling met binnenlandse belastingplichtigen behoren te krijgen. Verder worden nog enkele andere aanpassingen gedaan. De regeling is met ingang van 1 januari 2015 in werking getreden en is als volgt:

  • Buitenlandse belastingplichtigen die inwoner zijn van de EU, de Europese Economische Ruimte (EER), Zwitserland of de BES-eilanden en van wie 90% of meer van hun inkomen in Nederland aan de heffing van inkomsten- of loonbelasting is onderworpen, zijn kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen. Er is niet langer een keuze-element : een buitenlandse belastingplichtige kwalificeert wel of niet voor de regeling.
  • Bij algemene maatregel van bestuur kunnen belastingplichtigen die in de EU, de EER, Zwitserland of op de BES-eilanden wonen maar van wie het inkomen niet voor meer dan 90% in Nederland aan de loon- of inkomstenbelasting is onderworpen, onder bepaalde voorwaarden als kwalificerende buitenlandse belastingplichtige worden aangewezen.
  • Of aan de 90%-eis wordt voldaan, wordt naar Nederlandse heffingsmaatstaven beoordeeld. Een buitenlandse belastingplichtige moet met een inkomensverklaring van de belastingautoriteit in zijn woonland inzage geven in zijn niet-Nederlandse inkomen.
  • Bij kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen worden alleen de inkomsten uit Nederland belast, net als bij andere buitenlandse belastingplichtigen. Daardoor vervallen het progressievoorbehoud en de voorkomingsregels in het Uitvoeringsbesluit IB 2001, de terugploegregeling en de inhaalregeling.
  • Kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen hebben recht op dezelfde aftrekposten en heffingskortingen als binnenlandse belastingplichtigen. Voor zover kwalificerende buitenlandse belastingplichtigen aftrekposten kunnen effectueren in hun woonland, hebben zij in Nederland geen recht op de aftrekposten.

80% heffing bij opname levenslooptegoed terug

Uit het Belastingplan 2015 dat op Prinsjesdag is gepresenteerd, blijkt dat de 80%-regeling bij opname van levenslooptegoed opnieuw wordt ingevoerd voor één jaar. De regeling geldt ten hoogste voor de waarde in het economisch verkeer van de aanspraak op 31 december 2013.

Levenslooptegoed mag tegenwoordig ook gebruikt worden om andere zaken dan verlof te financieren, bijvoorbeeld om een auto te kopen of een deel van de hypotheek af te betalen. In het jaar 2013 was de opname van deze tegoeden niet in alle gevallen volledig belast. Als de werknemer zijn volledige levenslooptegoed in één keer opnam, mocht de werkgever namelijk 20% van het opgenomen tegoed onbelast uitbetalen. Uit het Belastingplan 2015 blijkt nu dat deze zogenoemde 80%-regeling ook geldt in 2015.

De werkgever mag in 2015 dus opnieuw 20% van het opgenomen levenslooptegoed onbelast uitbetalen als de werknemer zijn volledige tegoed in één keer opneemt. Hieraan is wel een maximum verbonden. De 80%-regeling zal in 2015 namelijk ten hoogste gelden voor het tegoed inclusief rente dat op 31 december 2013 in de levensloopspaarpot zat. Deze – reeds gepasseerde – datum is gekozen om te voorkomen dat werknemers nog snel wat levenslooptegoed opbouwen en het vervolgens deels onbelast laten uitbetalen.

In 2015 gaat de wet- en regelgeving voor de VAR veranderen. Daarvoor ligt er een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer. Het is op dit moment nog niet bekend wanneer de nieuwe wet ingaat.

U leest hier de hoofdpunten uit het wetsvoorstel:

Beschikking geen loonheffingen (BGL)

Als de nieuwe wet- en regelgeving is ingegaan, kunt u geen VAR meer aanvragen. U vraagt dan digitaal een 'Beschikking geen loonheffingen' aan.

Wat staat er in de 'Beschikking geen loonheffingen'?

In een 'Beschikking geen loonheffingen' staat dat uw opdrachtgever geen loonheffingen hoeft in te houden en te betalen over uw inkomsten. U krijgt deze beschikking alleen als wij op basis van uw aanvraag vaststellen dat uw opdrachtgever geen loonheffingen hoeft in te houden en te betalen over uw inkomsten. In het andere geval krijgt u een afwijzing.

Bij de 'Beschikking geen loonheffingen' zit een bijlage met omstandigheden en voorwaarden waaronder u het werk uitvoert. Deze omstandigheden en voorwaarden zijn gebaseerd op de antwoorden die u in uw aanvraag hebt gegeven. Uw opdrachtgever moet deze bijlage controleren.

Met de 'Beschikking geen loonheffingen' doen wij geen uitspraak over hoe wij uw inkomsten zien, bijvoorbeeld als winst uit onderneming of loon uit dienstbetrekking. Dit betekent dat wij uw inkomsten en werkzaamheden voor de inkomstenbelasting kunnen beoordelen, ongeacht of u wel of geen 'Beschikking geen loonheffingen' hebt.